28 februari 2013

Heeft het ACW elk moreel gezag verloren?

Geschreven door Jef Mariën* op donderdag, 28 februari 2013 

Het ACW zit in het oog van de storm. De beschuldigingen zijn niet min: schriftvervalsing, belangenvermenging,financieel gesjoemel, fiscale fraude. Als we de media mogen geloven heeft de beweging, ook als maar een fractie kan worden bewezen, alle geloofwaardigheid verloren. Hoe kan je als beweging nog langer uitspraken doen over het immorele gedrag van anderen als je je zelf schuldig maakt aan ‘fiscale optimalisatietechnieken’? Is dit het eindpunt van een evolutie die al begonnen is in de jaren negentig? Een absoluut dieptepunt of mogelijk de start van een nieuwe periode? Om duidelijkheid te scheppen moeten we even terug in de tijd. Maar eerst nog even dit. De rechtstreekse aanval op het ACW is minstens evenzeer gericht op de deelorganisaties van het ACW. De kritiek op ‘het immorele gedrag’ en de ‘verloren geloofwaardigheid’ treft evengoed de vakbond ACV in al zijn geledingen, alsook de sociaal-culturele verenigingen zoals Femma, kwb, KAJ en Okra. Het zijn juist deze deelorganisaties die de drijvende kracht vormen van de permanente kritiek vanuit de christelijke arbeidersbeweging op alle vormen van sociale onrechtvaardigheid. Het zijn die drijvende krachten die men met deze gerichte aanval in diskrediet wil brengen.

Een terugblik

In de loop van de jaren negentig van vorige eeuw gingen de coöperatieve werken van het ACW één voor één voor de bijl. LVCC, BAC, Ultra Montes, SVAccent, Sofidi, Samko bureau, de krant ‘Het Volk’ werden overgenomen, opgeslorpt, verkocht, failliet verklaard, opgedoekt. Enkel Arco (samen met Arcofin, Arcopar en Arcoplus) presenteerde zich nog als coöperatieve tak en was de drijvende kracht achter de overgang van BAC naar Bacob om via enkele tussenwegen bij Dexia uit te komen. Begin 2001 ontpopte de christelijke arbeidersbeweging zich als de grootste sociale holding van het land. Dat leverde het ACW geen windeieren op. Maar de kruik gaat zo lang te water tot ze barst. In 2008 kwam Dexia, in volle bankencrisis, in grote moeilijkheden en het ACW als belangrijke referentiehouder deelde in de klappen. In 2011 ging het licht uit bij Dexia en Arco moest noodgedwongen in vereffening gaan. De discussie over de Dexia-winstbewijzen die het ACW incasseerde en de staatswaarborg voor de coöperanten laaide in alle hevigheid op. Net zoals vandaag werd ‘de graaicultuur’ van het ACW op de korrel genomen en werden het ACW en ACV aangemaand eerst voor eigen deur te vegen vooraleer banken en ondernemingen de les te spellen. Sinds de persconferentie van de N-VA op 14 februari zijn we een fase verder.

De N-VA gaat in de aanval 

De NV-A zet het ACW nu letterlijk te kijk als een bende sjoemelaars, leugenaars,profiteurs en dieven. Fraudeurs dus. ACW-voorzitter Develtere probeerde zich de eerste dagen schrap te zetten, leek daar niet echt in te lukken tot hij op dinsdag 19 februari in het bijzijn van expert Axel Haelterman kwam vertellen dat er met de cvba ‘Sociaal Engagement’(waar de vroegere winstbewijzen van Dexia waren ondergebracht), technisch-fiscaal gezien, niks fout was en dat dus de beschuldiging van fraude totaal uit de lucht gegrepen is. Dus sloeg hij terug en kondigde aan een klacht wegens laster in te dienen tegen de NV-A- kamerleden Jan Jambon en Peter Dedecker. Nu al kunnen we voorspellen dat ons een lange en dure juridische slijtageslag staat te wachten.
Het juridisch aspect van deze zaak is zeker niet onbelangrijk. En de dure woorden zijn weer gevallen: tot op het bot, de onderste steen, enz. Afwachten dus wat fiscale experts en het gerecht zullen boven spitten. Eén ding is zeker: iemand zal op de blaren moeten zitten. Het ACW als het toch in de fout ging, want zo zei ACV-voorzitter Leemans: “Het is duidelijk dat zelf als maar een gedeelte van de beschuldigingen…een grond van waarheid heeft, het hier laakbare feiten betreft, die het ACV absoluut afkeurt”. Maar ook de NV-A riskeert een deuk in het blazoen te krijgen als zou blijken dat de partij het ACW valselijk beschuldigd heeft met het oog op het beschadigen van dat ACW. De vraag is evenwel wie het meest beschadigd uit het avontuur zal te voorschijn komen.

De geloofwaardigheid van de Christelijke Arbeidersbeweging

Wij vrezen dat de geloofwaardigheid van het ACW meer dan ooit op het spel staat. Met ‘Beweging’ hebben we altijd met argusogen gekeken naar de ontwikkelingen binnen de christelijke arbeidersbeweging. Lange tijd heeft de beweging de dynamiek van het neoliberalisme niet altijd correct ingeschat en is ze, net zoals vele andere bewegingen en partijen, minstens gedeeltelijk, overstag gegaan voor de sirenenzang van het neoliberalisme en de lokroep van de vrije markt. Geleidelijk aan werd de eigen ‘economische poot’ uit handen gegeven en werd er gekozen voor de vlucht vooruit, voor het grote geld. Dat was niet te vinden in een kleine spaarbank en dus werd er aangeklopt bij Dexia. ‘De ziel van de zuil staat op de beurs genoteerd’, schreef Didier Verbruggen in 2005 in zijn boek ‘De uitverkoop van het ACW. Een verhaal van geld en idealen’. Sinds 2001 heeft het ACW inderdaad radicaal gekozen. Het coöperatieve verhaal werd opgedoekt en de beweging, als institutionele belegger, werd met handen en voeten gebonden aan het bancaire systeem door zijn eieren in de korf van het risicovolle financiële kapitalisme te leggen. Was er geen kritiek op deze ontwikkelingen? Jawel, maar die werd afgedaan als cafépraat. Wij zijn absoluut niet te ver gegaan, beweerde de ACW-top toen. We kozen voor zakelijkheid, schaalvergroting en efficiëntie, we konden niet anders, het was ‘de tijdsgeest’. Dat vinden wij een bijzonder flauw argument. En in zijn commentaar bij de recente ontwikkelingen van de Arco-saga en de Belfius-winstbewijzen neemt ook P. Develtere te weinig afstand van die toenmalige tijdsgeest. Er bestond toen wel iets dringender dan als sociale beweging rücksichtlos met de tijdsgeest mee te gaan.
De arbeidersbeweging, ook de christelijke, is 150 jaar geleden precies geboren en groot geworden door zich af te zetten tegen de toenmalige tijdsgeest. Die oefening had het ACW opnieuw moeten maken in het eerste decennium van de nieuwe eeuw. In plaats van hals over kop met de tijdsgeest mee te hollen had het ACW weerwerk moeten bieden tegen het toenmalige klimaat van liberaliseren, privatiseren, dereguleren en met eigen initiatieven moeten uitpakken om net die tijdsgeest om te buigen naar een meer menselijke samenleving. Hoe valt het te rijmen dat je als beweging streeft naar een economie in dienst van mens en samenleving als je tegelijk participeert aan de (losgeslagen) financiële markten? Voor ons is het duidelijk. Als je als organisatie vecht tegen ongelijkheid en onrechtvaardigheid, als je dus het kapitalisme wil bestrijden, kan je niet deelnemen aan de machten die de touwtjes van dit soort maatschappij in handen houden. Eens je dat doet, raak je verwikkeld in een kluwen van belangen waarbij het streven naar de grootst mogelijke winst weinig of geen ruimte laat voor welke ethische norm dan ook.

Licht in de duisternis

Te midden van de storm waarin het ACW is terecht gekomen is er één lichtpunt. Velen verwittigen de goegemeente dat het kind niet met het badwater mag weg gekieperd worden. Het ‘sociale kapitaal’ dat de christelijke arbeidersbeweging vertegenwoordigt kan niet zo maar bij het grof vuil gezet worden. Heel veel commentatoren wijzen erop dat de inzet van duizenden vrijwilligers niet kan teniet gedaan worden door de strapatsen, inschattingsfouten, verkeerde keuzes die een deel van de leiding in Brussel heeft gemaakt.
Het sociaal kapitaal van het middenveld is onmiskenbaar van groot belang voor het functioneren van de democratie en de samenleving. Je kan de initiatieven van die duizenden vrijwilligers die de maatschappelijke integratie bevorderen, een socialiserende rol vervullen en emanciperende kracht hebben, niet ontkennen. Als je het ACW uit elkaar speelt en het middenveld uitschakelt dan betalen we daar een dure prijs voor. Dan nemen de kansen op een echte solidaire, duurzame, warme en rechtvaardige samenleving gevoelig af. Wij sluiten ons daar graag bij aan. En voorlopig zegt ACW-voorzitter Develtere is er van een leegloop nog geen sprake. De beweging klit, onder de voortdurende aanvallen, stevig aan elkaar. Toch is het zeer de vraag met welk project de beweging die duizenden vrijwilligers en militanten aan zich kan blijven binden. Kunnen die overtuigd worden dat de christelijke arbeidersbeweging een sterke sociale beweging is en blijft die haar ‘roots’ niet wil verloochenen?

De bevoorechte relatie met de CD&V blijft een probleem 

Met welk maatschappelijk project wil de beweging al die mensen blijven mobiliseren? Eerlijk gezegd, zijn we daar niet gerust in. In de loop van de geschiedenis is de beweging groot geworden maar ze is onderweg ook een en ander kwijt gespeeld. Niet alleen werd de coöperatieve werking afgebouwd, ook het maatschappelijk en politiek project waar de beweging voor stond is uit handen gegeven en toevertrouwd aan ‘de vrienden’ in de CD&V. Dat heeft de beweging, zeker in de hoogdagen van de CVP, geen windeieren gelegd, maar zorgde er ook voor dat de eigen maatschappelijke en politieke doelstellingen sterk verwaterden. Wat een contrast met de situatie tot aan de Tweede Wereldoorlog. Het ACW beschikte toen over een sterke zelfstandige politieke macht, het had een eigen politieke infrastructuur en zette zwaar in op politieke vorming.
Dat heeft de beweging dus allemaal uit handen gegeven. Het maatschappelijk en politiek project van de beweging werd dus eerst ter harte genomen door de CVP en sinds 2001 door de CD&V, een partij die steeds meer opschuift naar rechts en het neoliberalisme. En alhoewel het overduidelijk is dat de CD&V steeds meer van de doelstellingen van de christelijke arbeidersbeweging afwijkt, wil het ACW zijn ‘bevoorrechte partner’ nog steeds niet in de steek laten. Waarom niet? Ja, natuurlijk, we hebben ACW-mandatarissen in de CD&V. Maar zijn die niet eerst CD&V-er en dan pas ACW-er? We willen de inzet van vele ACW-ers op plaatselijk vlak niet in twijfel trekken maar voor de ACW-mandatarissen in de Vlaamse en de federale regering ligt dat helemaal anders. Wie van de vele duizenden leden heeft ooit W. Martens, J.L. Dehaene en Y. Leterme tot ACW-er benoemd? Hoe komt het toch dat in de federale regering Vanackere, Schouppe en Verheirstraeten als ACW-ers door het leven gaan en Crevits en Schauwvliege in de Vlaamse regering? Zij vormen dus, als we de media mogen geloven, ‘de arbeidersvleugel’ in de CD&V. En als men daar dan ‘de linkervleugel’ van de Cd&V van maakt, dan horen wij het in Keulen donderen. In een recente folder van ‘Beweging’ prijken de foto’s van Dehaene, Leterme en Vanackere, ‘ACW-mandatarissen’ die geacht worden de doelstellingen van het ACW te verdedigen. Maar staan zij niet eerder voor de belangen van grote ondernemingen zoals Inbev of de visies van neoliberale organisaties als de Oeso? Is het aanvaardbaar dat een ‘ACW-minister van financiën zich uitspreekt tegen een vermogensbelasting, de aantasting van het indexmechanisme verdedigt, aanstuurt op langer werken en het participeren in risicokapitaal aanmoedigt?
Het ‘sociaal kapitaal’ dat in de christelijke arbeidersbeweging aanwezig is verdient beter. Veel van wat er leeft aan de basis wordt telkens opnieuw afgeblokt als er op het politieke niveau beslissingen moeten genomen worden. De heilloze band met de Cd&V verhindert dat de inzet van die vele vrijwilligers inzake solidariteit en rechtvaardigheid ook een politiek verlengstuk krijgt. Wat baat het dat het ACV, Femma, kwb en alle andere deelorganisaties van het ACW opkomen voor een sociaal en rechtvaardig programma als het door de bevoorrechte partner, de CD&V, niet wordt gevolgd? Beweging is dus van oordeel dat het ACV en het ACW met al zijn deeltakken op zoek moet gaan naar een nieuwe politieke frontvorming waar de inzet en de maatschappelijke doelstellingen van vrijwilligers, werknemers, uitkeringsgerechtigden en hun gezinnen eindelijk wordt gehonoreerd. Een eerste en noodzakelijke stap daartoe is de stopzetting van de bevoorrechte band met de CD&V. Zo lang dat niet gebeurt, zullen zogenaamde ACW-mandatarissen de kans krijgen om standpunten in te nemen en een beleid uit te voeren of te ondersteunen dat niet overeenkomt met het programma van het ACW.

Waarvoor staat het ACW?

Hoe zit het trouwens met dat programma van het ACW? Langs alle kanten wordt nu geroepen dat het tijd is om te herbronnen. ‘Laatste kans voor de ACW-topman’ blokletterde DM (21/03/13). Develtere moet de christelijke arbeidersbeweging onverwijld een moderner profiel aanmeten. Wij zijn benieuwd hoe hij dat gaat doen. Voor ons is het duidelijk dat de arbeidersbeweging, ook de christelijke, is ontstaan in de strijd tegen het kapitalisme en dus in de letterlijke zin van het woord een tegenbeweging is. De arbeidersbeweging heeft zich altijd verzet tegen de heersende economische aanpak. Telkens heeft ze geprobeerd, en dat met wisselend succes, het terrein van de economie, van de arbeid, van de brede maatschappelijke behoeften, niet aan de markt, aan de privébelangen, aan het kapitalisme over te laten.
Het besef was altijd aanwezig dat het belangrijk was greep te krijgen op de economie. En dat heeft de christelijke arbeidersbeweging ook dikwijls gearticuleerd. Een economie in dienst van mens en samenleving. Zowel de economie als de financiële markten zijn er niet voor zichzelf en zeker niet om steeds meer winst te accumuleren. Het geldwezen (spaar-en kredietrwezen) is maar een hulpmiddel voor de economie en die economie hebben we nodig om een samenleving uit te bouwen in dienst van mens en samenleving. Op die manier is een economie een proces dat ons allen aangaat. Daarom moet de economie ook van ons zijn. Als de arbeidersbeweging echt een greep wil krijgen op de maatschappelijke ontwikkelingen dan moet ze ook een greep krijgen op de economie en alternatieven ontwikkelen die perspectief geven aan een menselijke samenleving. Dan moeten we terug naar een coöperatieve bank, een bank van ons. Dan beletten we dat het financieel kapitalisme met ons geld verder de samenleving ontwricht, het milieu kapot maakt en jobs en inkomens vernietigt. En waarom zouden we niet pleiten voor een openbare bank? Hebben de privébanken hun failliet niet bewezen? Banken moeten gedwongen worden hun financiële middelen in te zetten voor de reële economie. Vanackere klopt zich nu op de borst dat hij strenge regels heeft uitgevaardigd voor de banken maar hij weigert wel mee te werken om de splitsing van gewone en van zakenbanken opnieuw, bij wet, op te leggen.
Het ACW kan nog altijd een grote rol spelen in de strijd voor een solidaire en rechtvaardige samenleving. Dan moet het lessen trekken uit het verleden en in het licht van de ravage die het kapitalisme nu wereldwijd aanricht koploper worden in de maatschappelijke en politieke strijd om het kapitalisme te bestrijden en het financieel kapitalisme voor goed aan de ketting te leggen. In De Standaard (20/02/13) stelde Marc Reynebeau dat het ACW gebukt gaat onder ‘twee erfzonden’. Twintig jaar geleden wilde het ACW meespelen met de grote jongens, ‘het nam toen afscheid van zijn coöperatieve ideaal en werd het een ordinaire zakenbankier’. Deze erfzonde vloeide voort uit een andere erfzonde: ‘de historische verzuiling waarin het middenveld systematisch was vervlecht geraakt met de overheid’.
Kan je zonder kleerscheuren onder een erfzonde onderuit, laat staan aan twee? We zullen het navragen. Met ‘Beweging’ denken wij toch dat de arbeidersbeweging, onder bepaalde voorwaarden, terug kan grijpen naar de coöperatieve idealen. En als de band met de CD&V wordt losgelaten, komt er ook daar een nieuw perspectief voor het ACW. Het was precies de symbiose met de CD&V, het feit dat het ACW geen eigen ‘politieke smoel’ meer had dat de vervlechting waar Reynebeau van spreekt ‘leidde tot een gebrek aan kritische afstand, tot argeloosheid tegenover vele vormen van conformisme en conservatisme die ontstaan in de omgang met macht’.

Biedt de huidige malaise kansen tot een nieuwe dynamiek?

Al bij al kan de huidige malaise leiden tot een nieuwe dynamiek. Als is het voorbarig te stellen, zoals E. Schouppe zich liet ontvallen, dat het ACW spoedig weer als een phoenix uit zijn as zal herrijzen. Er liggen immers kapers op de loer. De NV-A is geen partij zoals de anderen. Ze heeft bij manier van spreken een viscerale afkeer van het middenveld. Dat past niet in hun visie op de samenleving. De partij mag dan nu wel wat steviger verankerd zijn in het Vlaamse landschap na de gemeenteraadsverkiezingen van oktober van vorig jaar, ze beschikt niet over een middenveld zoals de andere partijen. Wellicht streeft ze dat ook niet na, net zoals de Volksunie vroeger waar de NV-A toch uit geboren is. Maar NV-A ziet wel de slagkracht van dat middenveld en dat ‘steekt’. Een recente studie heeft aangetoond dat niet minder dan 30% van de ACV-leden bij de laatste federale verkiezingen in 2010 voor de N-VA heeft gestemd. De NV-A zal er alles aan doen om nog meer kiezers te lokken en ze in te zetten voor een eigen volksnationalistisch programma. Daarbij schuwen ze de zware middelen niet. De aanval tegen het ACW kan moeilijk anders geïnterpreteerd worden. Vanwaar die beschuldiging van fraude bij het ACW? Je zou dat nog kunnen verklaren als de partij op dat vlak al enige verdienste had opgebouwd in het verleden. Maar niets is minder waar. Toen in het verleden de dubieuze fiscale praktijken van grote ondernemingen en eigenaars van grote vermogens uitvoerig uit de doeken werd gedaan, was er van de NV-A geen spoor te bekennen. De NV-A verdedigde wel steeds de notionele interest en had er niet de minste moeite mee dat de Franse veelverdiener Arnault in ons land een onderkomen zocht om aan de Franse fiscus te ontsnappen. Er staat een duidelijke rechtse agenda achter de pogingen om het ACW te destabiliseren. Het ACW, en zeker het ACV verdedigde tegenover de federale regering het behoud van een sterke sociale zekerheid. En laat dat nu net een doorn in het oog zijn van de NV-A. Bovendien komen er de verkiezingen van 2014 er aan. Als de CD&V in een zwakkere positie komt te zitten omdat het ACW zo goed als onschadelijk gemaakt is, ligt na de verkiezingen de weg open de weg open voor een rechtse meerderheid in Vlaanderen. In De Morgen (16/02/13) stelt Bart Eeckhout: “Wie zal bij CD&V Kris Peeters tegenhouden om het roer een ruk naar rechts te geven? Geen ACW’ers alvast, die liggen nog wel even in de Dexia touwen. Met dank aan NV-A, inderdaad”.
Als de rechterzijde erin zou slagen het ACW op te doeken dan zal er een enorm maatschappelijk kapitaal verdwijnen en is het perspectief op een solidaire en warme samenleving verder af dan ooit, schreef Willy Verbeek, ACW-voorzitter van Herent, onlangs in een lezersbrief (DM, 12/02/13). Alle hens aan dek dus om na alles wat er gebeurd is een nieuwe weg in te slaan. Laten we van de gelegenheid gebruik maken om een eigen uitgesproken maatschappelijke keuze te maken. Laat daarbij de belangen van de gemeenschap, van de kleine man en vrouw, van de werknemers primeren op een flou algemeen belang dat vaak misbruikt wordt om eerder een kleine groep te bevoordelen. Ga het gevecht aan met de neoliberale principes die de samenleving domineren en meer en meer mensen verknechten. Weiger te aanvaarden dat de winst van enkelen primeert op het goede leven van velen. Laten we dus naar buiten komen met een eigen uitgewerkt profiel, bediscussieerd en gedragen door dat onschatbare sociale kapitaal van de beweging, waarmee we de boer op kunnen, de confrontatie tegemoet. Een recht voor de raaps project dat mensen perspectief biedt en uitdagend genoeg is om, samen met alle progressieve krachten van het land, te bewijzen dat een andere wereld mogelijk is.

* Jef Mariën is actief in Beweging, een werkgroep van kritische en progressieve militanten binnen de christelijke arbeidersbeweging. Zij ijveren voor een strijdbare en politiek zelfstandige beweging om samen met andere sociale organisaties te werken aan een andere, meer rechtvaardige wereld. Dit artikel verschijnt binnenkort ook in Sprokkels, tijdschrift van Christenen voor het socialisme.

22 februari 2013

Hoe verder na het succes van 21 februari?

Met 40 000 waren we, uit Vlaanderen, Wallonië en Brussel. Ditmaal geen sprake van een erg ongelijke mobilisatie: zowel het ABVV als het ACV hadden duidelijk goed gemobiliseerd, en de treinen uit Brugge of Hasselt zaten even overvol als die uit Charleroi of Luik. Al van vroeg in de ochtend hadden verschillende vakbondscentrales de ronde gedaan van patroonsfederaties uit hun sector, actie gevoerd aan de Beurs, enz. Gevolgd door een stevige betoging, die minstens een beetje afweek van het traditionele parcours. In heel wat steden werd ook flink gestaakt in het openbaar vervoer. In Gent waren ook heel wat stadscrèches gesloten. Hier en daar lagen ook bedrijven plat. Arbeiders en bedienden van Ford en de toeleveranciers en van ArcelorMittal namen massaal deel. Zij namen terecht de kop van de manifestatie.

Hamvraag is nu hoe het verder moet. Al enkele uren na de betoging kondigde het kernkabinet aan dat er al zeker geen sprake van kan zijn de dwingende loonnorm ook maar enigzins te versoepelen, terwijl een stevige aanpassing, of zelfs de afschaffing van de loonnorm, nochtans een belangrijke eis is voor de meeste mensen die op straat kwamen. Of de regering rond de andere eisen van het gemeenschappelijk vakbondsfront ook maar de minste toegeving wil doen, is zeer de vraag. 

Nee, het is duidelijk: willen we onze eisen afdwingen, en koers zetten naar een ander, socialer beleid, mogen we enkel rekenen op onze eigen massale en volgehouden actie. 

Het sociaal verzet versterken

We hebben nood aan een duidelijk actieplan, rond eisen die niet enkel de scherpste kantjes van de sociale afbraak willen afvijlen. Naar provinciale stakingsacties met regionale betogingen en acties, naar een nationale algemene staking indien nodig. Durven strijden, durven strijden om te winnen!

Het politieke verzet opbouwen

De vakbeweging heeft vandaag gewoonweg geen vrienden meer in de regering. Kan iemand de illusie volhouden dat Johan Vande Lanotte onze index zal vrijwaren? Dat Monica De Coninck de belangen van de werklozen zal behartigen? Dat Hendrik Bogaert het plots zal opnemen voor de federale ambtenaren? ABVV en ACV moeten snel, klaar en duidelijk, afstand nemen van de politieke “vrienden” die hen continu bestoken met bommen en granaten. 

De arbeidersbeweging, in al zijn geledingen, moet zelf haar eisen durven stellen en verdedigen. Syndicalisten moeten zelf mee de opbouw van een radikaal democratische, radikaal sociale en pluralistische politieke beweging in handen nemen. Hierbij zouden ze steun moeten vinden bij alle antikapitalistische organisaties, die enkel de belangen van de ganse werkende klasse, met of zonder job, man of vrouw, van Belgische of migrante oorsprong, als maatstaf mogen nemen. De PVDA, als grootste partij van radikaal links zou hier een zeer positieve rol kunnen spelen, als ze dit wil.

Een initiatief zoals dat van het ABVV van Charleroi, dat hierin ondertussen ook de steun krijgt van het CNE (Franstalige christelijke bediendencentrale, tegenhanger van de LBC) verdient ook in Vlaanderen navolging!

 
Het strategisch debat voeren

Het is helaas maar al te duidelijk dat deze opvatting vandaag nog niet algemeen gedragen wordt binnen de vakbeweging. Een groot deel van de vakbondsleidingen blijft vasthouden aan het sociaal overleg, ook als dit enkel nog inhoudt dat de ene toegeving na de andere wordt gedaan aan het patronaat en haar regering. Sommigen onder hen willen de vakbonden ronduit omvormen tot vooral dienstverlenende organisaties, en zien solidaire, massale actie als een ding uit het verleden.                     
Een ander deel wil wel mobiliseren, maar met mate, kwestie van de “vrienden” in de regering toch niet in de problemen te brengen. 

Meningsverschillen die niet worden uitgediscussieerd, problemen die niet worden opgelost, ook binnen de vakbonden leidt dit tot frustratie en demoralisatie, binnen de apparaten en vooral bij de basis van de vakbeweging, die dagdagelijks de gevolgen van de crisis en besparingen ondervindt. Dit alles dreigt de capaciteit om weerwerk te bieden drastisch te ondermijnen. Om uit deze impasse te raken, is er nood aan een echt democratisch debat binnen de vakbonden. Een debat dat leidt tot een aan de zware uitdagingen aangepaste strategie om het verzet te organiseren en overwinningen te boeken.

Wij willen er dan ook binnen het ACV en ABBV voor pleiten dat de komende vakbondscongressen heuse, met brede deelname van de achterban voorbereide, strategische congressen worden.               
De linkerzijde binnen de bonden, iedere syndicalist die beseft dat het vijf voor twaalf is, willen we niet naar Portugese of Spaanse toestanden evolueren, zou zulk perspectief moeten verdedigen.

Samen in het sociaal verzet, samen voor een politiek alternatief!